Slavernij in Brazilië deel 3: Revoluties in Brazilië


In de geschiedenis van Brazilië is één revolutie de boeken in gegaan als een echte “slavenrevolutie”. Deze revolutie werd genoemd naar de Malê bevolking van Bahia. Dit waren moslim slaven die uit verschillende etnische achtergronden kwamen (Nagô, Jeje, Tapa en Bornu). De belangrijkste Malê kwamen uit het koninkrijk van Yoruba (het hedendaagse Nigeria en Benin).


De Malê revolutie


Één van de bekendste en meest invloedrijke revolutie van de Afrikanen in Brazilië is de Malê revolutie van Zondag 24 Januari 1835. Deze revolutie werd geleid door moslim slaven die bekend stonden als de Malês. De dag van deze revolutie is de dag waarop de grootste angst van de blanke elite in Bahia waarheid werd. Ongeveer zeshonderd Afrikanen, waarvan de meeste gekleed waren in witte abadás, (die destijds vaak door de Moslims werden gedragen) rende door de straten van Salvador en zij schreeuwde “Dood aan de Blanken”. De groep Afrikanen bestond uit slaven en mensen die hun vrijheid verworven hadden. Deze groep kwam niet alleen uit Salvador maar uit de hele regio. De opstand was al maanden eerder gepland. Een informant informeerde de politie echter een paar uur voor de opstand waardoor de opstandelingen het moesten opnemen tegen ongeveer 1500 goed gewapende politie mensen, legereenheden en burgers. Meer dan 70 Afrikanen en 9 blanken verloren het leven tijdens dit gevecht. Meer dan 500 slaven werden als straf, terug gestuurd naar Afrika, gevangen genomen, geslagen of zelfs geëxecuteerd. Deze mislukte opstand is de geschiedenis ingegaan als de grootste opstand van slaven, in de Zuid-Amerika.




Het moslimgeloof van de Malês gaf deze groep slaven en vrije slaven een identiteit. Met name de Nagô moslims (uit de Yoruba regio) waren erg invloedrijk in deze kringen. Zij deelden hun geloof en de teksten uit de Koran met andere Afrikanen, die vaak niet konden lezen noch schrijven. Doordat de Nagô Malês deze intellectuele capaciteiten hadden, kregen zij veel respect van de andere Afrikanen. In de ogen van de blanken waren zij echter een grote bedreiging en moesten zij kosten wat het kost een andere Malê revolutie zien te voorkomen.



De Malê revolutie werd opgevolgd door een opstand van federalisten, deze opstand stond bekend als de Sabinada. De Sabinada werd geleid door radicale liberalen, milities en legerleiders. Een paar duizend rebellen namen in de periode van november 1837 tot maart 1838 de macht over Slavador over. Vanuit de plaats Cachoeira organiseerde de overheid een tegenaanval, met behulp van plantagehouders. Ondanks dat deze opstand kwam door politieke verschillen, had het achteraf weinig invloed op de slavenhandel. Na de Malê en Sabinada revoluties waren er nog velen incidenten, waarbij vooral de periode rond 1845 erg turbulent was. De elite uit Bahia eisten van de politie om de zwarten die betrokken waren bij dubieuze activiteiten hard te straffen. Ook de plantagehouders reageerde met gruwelijke straffen, wanneer zij vermoedden dat een slaaf hun autoriteit in gevaar brachten. Burgers kregen, bij wet, zelfs geld in ruil voor informatie over activiteiten van slaven.


Ook in de jaren na de Malê revolutie was de overheid nog bang voor een herhaling. De overheidsfunctionarissen in Rio de Janeiro bleven bijvoorbeeld nog lang zoeken naar de oorzaken van de revolutie, om een dergelijke gebeurtenis in Rio te voorkomen. Zij zagen Capoeira als één van de grootste gevaren voor de openbare orde. Bendes van Capoeiristas terroriseerde de vrije bevolking van Rio de Janeiro en deze Capoeiristas gebruikte Capoeira ook tegen de politie. Slaveneigenaren in Rio de Janeiro klaagden zelfs dat een groep van vrije slaven hun slaven stalen om ze vervolgens te verkopen in Minas Gerais. Met de groei van de slavenimport steeg ook het aantal Quilombos in de eerste helft van de negentiende eeuw. De slavenhandelaren en de politie wilden hier iets aan doen maar zij kwamen er al snel achter dat zij veel geluk hadden als zij überhaupt een bevrijde slaaf te pakken konden krijgen. De Malê revolutie had ook tot gevolg dat de blanken vijandiger werden ten opzichte van de moslims. De revolutie had er echter ook voor gezorgd dat meer Afrikanen moslim wilde worden. In de jaren die volgden werden ook de Moslims vervolgt, omdat de angst bestond dat zij een nieuwe revolutie konden leiden. Men zei het volgende over de moslims.



“De islam zorgt ervoor dat de slaven geen slaven meer willen zijn en dat zij denken dat zij niet inferieur zijn aan ons. Het geeft hun waardigheid en het geeft hun een hernieuwde identiteit”.





maandag 1 juni 2009

0 Comments: